XA-ontwikkelbord

De XA-serie microprocessoren van Philips Semiconductors is vanaf 1995 op de markt. Bij deze processoren, die aanvankelijk werden gepresenteerd als 16-bits versies van de beroemde 80C32, gaat het echter om meer dan een gewone opvolger. Ze hebben heel wat meer in hun mars dan hun 8-bits neefjes.
In het begin bestond de XA (eXtended Architecture) microcontrollerfamilie uit welgeteld één lid, de XA-G3 (1996) die over 32 Kbyte intern geheugen beschikte. Op veler verzoek werden in 1997 goedkopere modellen met minder geheugen op de markt gebracht, de XA-G1 (8 Kbyte) en de XA-G2 (16 Kbyte). De G in de type-aanduiding wijst op de generieke uitvoering (met dezelfde penbezetting als de 80C32).
In 1997 werd ook de XA-S3 (de 'Superchip' volgens Philips…) op de markt gezet, met veel periferie aan boord (zie tabel 1). In die tijd werd er gepraat over de XA-SCC, die zich onderscheidde van zijn broers en zussen door de niet-gemultiplexte adres-/databus, en over de XA-D3 met een DeviceNet interface (DeviceNet is een op CAN gebaseerde industriële bus).