digitale toerenteller

Elektronische toerentellers voor aut• "s zijn vaak voorzien van een zogenaamde termometerschaal. Een uitlezing met zevensegments- displays behoort echter ook tot de r ogelijkheden. verschenen toerenteller (zie literatuur). Het ingangssignaal wordt afgenomen van het onderbrekerkontakt. De daarvan afkomstige pulsen worden begrensd met behulp van de zenerdiode D1, en vervolgens gefatsoeneerd met T1 en de als monostabiele geschakelde poort- kombinatie N1/N2. IC3 bevat twee tientellers, die de pulsen tellen. Via latch dekoders (IC1, 102) wordt de inhoud van de tellers zichtbaar gemaakt op de displays. IC5 levert de besturings- signalen voor de tellers en de latch/de- koders. Een meetcyclus begint met het op nul zetten van de tellers (reset) en eindigt met het vasthouden van het meetresultaat tot de volgende cyclus (latch). De schakeling is voorzien van drie instelpotmeters. P1 dient voor het instellen van de breedte van de resetpuls. In de meeste praktijkgevallen zal deze zonder meer...