Op de campus van de Technische Universiteit in Delft werken zo’n 200 professoren, studenten, afstudeerders en wetenschappers aan de ontwikke­ling van kwantumtechnologie. Om precies te zijn: apparatuur voor kwantumberekening en kwantumcommunicatie. Zij doen dit onder de vlag van QuTech, een samenwerking van TU Delft en TNO, dat internationa­le grootheden als Microsoft en Intel als partner heeft. Ook tbp is een schakel in het proces dat met grote stappen vooruitgaat.
 
Zeker sinds QuTech in 2014 Nationaal Icoon werd. De Nederlandse regering kende deze status toe vanwege de grote maatschappelijke en economische impact die wordt verwacht. ‘Het is ons doel een ecosysteem voor kwantumtechnologie op te bouwen’, aldus Leonardo DiCarlo, associate professor toegepaste natuurkunde aan de TU Delft, gespecialiseerd in supergeleidende kwantumcomputers. Bij QuTech is hij eveneens roadmap leader. ‘Je hoeft geen kwantumexpert te zijn om bij deze technologie betrokken te zijn. Integratie en interconnectie van elektronica zijn aanverwante uitdagingen en zo zijn er veel meer. Kwantumtechnologie levert in meerdere branches versnelling en winst op.’
 
Kwantumbits
In het laboratorium van QuTech groeit het prototype kwantumcomputer gestaag. De kwantumbits (qubits) functioneren in een gekoelde omgeving bij een temperatuur van -273°C, waar nauwelijks verstoringen optreden. In tegenstelling tot klassieke bits, die 1 of 0 kunnen zijn, kunnen kwantumbits een superpositie van 1 en 0 hebben. Deze eigenschap kan worden gebruikt om bepaalde berekeningen sneller uit te voeren dan klassieke computers ooit zouden kunnen doen. Dat is de kracht van de kwantumcomputer. ‘Een grote uitdaging is het opschalen van het aantal qubits’, legt Jules van Oven uit. Hij is electronics development & multiplication engineer bij QuTech. ‘De capaciteit van de infrastructuur om te communiceren met de kwantumbits is nog steeds beperkt. Daar werken we aan en daar komen ook specialisten als tbp aan te pas.’