De onderdelen zijn in de plastic zakjes eenvoudig te vinden en zelfs de kleinere keramische condensatoren kunnen worden geïdentificeerd aan de hand van de handgeschreven waarden op de papierstrook waar ze op vastzitten. De onderdelen zijn niet per deelschakeling gesorteerd, maar (ruwweg) per type: condensatoren, weerstanden, halfgeleiders, spoelen en mechanische onderdelen, IC’s en voetjes.
De twee glimmende strookjes zijn
randen van soldeertin om de (handmatige)
verhoogde montage van de ingegoten
330-uH SMD-spoelen te vergemakkelijken.
Naast de geïllustreerde stap-voor-stap-aanwijzingen bevat de µTracer-handleiding tips & trucs voor sommige onderdelen en montagemethoden. Ik was erg blij met de tip voor de montage van de vier SMD-spoelen van 330 µH. Deze bestaan uit zwarte ‘tegels’ van 12 x 12 mm die zijn bedoeld voor reflow-solderen (dus geen pennen). Zoals op de foto’s is te zien gaat dit als volgt: Buig twee stukjes stevig draad (van een bedraad onderdeel afgeknipt) in de vorm van een nietje, steek de einden in de aanwezige gaten en soldeer ze vervolgens vlak op de print met een beetje extra soldeer zodat er een randje ontstaat. Dit levert twee steunpunten op voor de soldeervlakken onder de spoelen, zo’n 0,5 mm boven het printoppervlak, en biedt gemakkelijk toegang voor de punt van de soldeerbout om de soldeerverbinding te maken. Als u tijdens het verhitten zachtjes op het spoelblok drukt zakt dit perfect op zijn plaats. Het is net reflowsolderen...maar dan met de hand! Bij deze methode ontstaat er ook een extra isolatieafstand tot de printsporen die onder de spoelen lopen – niet onbelangrijk, want sommige hiervan voeren een hoge gelijkspanning van zo’n 300 volt. Ik vind deze ‘overwin-de-SMD’-methode erg goed en prepareerde de vier printposities voor de 330-µH spoelen op deze wijze in één keer, gebruikmakend van stukjes draad die van onderdelen waren afgeknipt.
Het groene gedeelte onder de spoel
is in werkelijkheid het printoppervlak dat
in glimmend soldeetin wordt gereflecteerd.


LED D2 wordt in de printopdruk aangeduid als ‘L2’, hetgeen een beetje verwarrend is omdat de spoelen ook met ‘L’ worden aangeduid. Maar, even serieus, als u het verschil niet weet tussen een led en een ingegoten SMD-spoel, dan bent u waarschijnlijk nog niet toe aan een zelf te bouwen curve-tracer voor elektronenbuizen. 

Mijn deelschakeling bleek goed te werken: Het aansluiten van 19 volt gelijkspanning uit een laptopvoeding van de lokale kringloopwinkel produceerde de juiste +5-V en +15-V voedingsspanningen op de print. Een klein puntje van kritiek: de elektrolytische condensator van 10 µF (C4) zit te dicht bij IC2, een 7815-regelaar. Deze regelaar heeft geen koellichaam en zijn gedissipeerde warmte zou de capaciteit en/of ESR van de condensator kunnen beïnvloeden. 


 
Het gemonteerde en geteste +5V-  en +15V-
voedingsgedeelte op het µTracer-board. 

“Aan tafel!”​
Net toen ik de 16-pens IC-voet met gedraaide pennen voor de RS-232-converterchip (HIN232) wilde solderen, werd ik geroepen om te komen eten. Mijn volgende blog over de µTracer gaat over de completering van de printplaatmontage en het testen van alle deelschakelingen. Ik werk in een rustig tempo en ik heb er plezier in. Die buizen zijn al zo oud dat ze nog wel even kunnen wachten... 

Wordt vervolgd in week 19 (8-12 mei 2017).