Men zegt wel dat je iets eerst moet zien, voordat je het kunt geloven, maar ook horen kan een flink overtuigende kracht hebben, zeker als de geluidsweergave en -propagatie goed zijn. Veel lezers zullen zich, net als ik, weleens verbaasd hebben over de akoestiek van een klassiek amfitheater. Het was dichtbij Efeze bij de westkust van Turkije waar zoveel “Griekse” geschiedenis is te vinden. Op een hete avond met een flinke zeewind, woonde ik een gecombineerde muzikale-en vocale prestatie van een lokaal gezelschap bij. Ze gebruikten bij dat optreden absoluut geen elektrisch vermogen, het was echt unplugged! Geen microfoons, geen PA-systeem en toch waren de fijnste details van het geluid hoorbaar voor iedereen in het publiek. Alle aankondigingen werden zonder stemverheffing gedaan en vanaf mijn plaats hoog in het amfitheater kon ik horen hoe de musici hun instrumenten uit de met vilt gevoerde koffers pakten. Dankzij de speciale akoestiek van het antieke bouwwerk in combinatie met de richtingsgevoeligheid van mijn oren, was een zacht geluid vanaf het podium sterker te horen dan dat van een babbelend kind een paar zitplaatsen verderop.

Daar moest ik meteen aan denken, toen ik het boek Acoustics in Performance van Richard A. Honeycutt kreeg uit de drukkerij bij Elektor. In dat boek kon ik alle natuurkundige, wetenschappelijke en psycho-akoestische aspecten terugvinden die een rol speelden bij die mooie herinnering. Het gaat dan bijvoorbeeld om storende bijgeluiden uit de omgeving (het kind en de wind), verstaanbaarheid van spraak (de duidelijke aankondigingen) en dingen die meer met de perceptie te maken hebben, zoals de tijd die het me kostte om te wennen aan de afwezigheid van lange basklanken. Dat laatste is trouwens interessant, want het gaat daarbij eigenlijk om een aangeleerde voorkeur, die is veroorzaakt door jarenlang te luisteren naar rockmuziek op goedkope Hifi-sets en door het bijwonen van concerten in ruimtes met een suboptimale akoestiek, waar de basgitaar veel te luid wordt weergegeven.