Een nieuwe klasse van kleine dunne elektronische sensors kan de temperatuur en de druk in de schedel meten – cruciale gezondheidsgegevens na hersenletsel of een hersenoperatie. De sensors lossen vanzelf op wanneer ze niet meer nodig zijn. Hierdoor zijn er geen aanvullende operaties (met de bijbehorende risico’s) nodig om de sensors te verwijderen. 

Na een hersenoperatie of bij hersenletsel door een ongeluk is het van belang om voortdurend te meten of er geen zwelling of druk op de hersenen ontstaat. De huidige monitor-apparatuur is omvangrijk en de bedrading hindert de patient in zijn bewegingen. Omdat er continu bedrading in de schedel aanwezig moet zijn bestaat het risico op allergische reacties en infecties. 
Onderzoekers van de Universiteit van Illinois (Urbana-Champaign) zijn er nu in geslaagd om kleine dunne elektronische sensors te ontwikkelen die de temperatuur en de druk in de schedel meten en vanzelf oplossen wanneer ze niet meer nodig zijn. De nieuwe sensors - die kleiner zijn dan rijstkorrels – zijn opgebouwd op extreem dunne lagen silicium die van nature biologisch afbreekbaar zijn. Ze zijn ontworpen om enkele weken te functioneren en daarna compleet en zonder bijwerkingen in het lichaam op te lossen. 

De binnen de schedel geplaatste sensors zijn verbonden met een draadloze zender met het formaat van een postzegel die buiten op de schedel is aangebracht. Bij proeven met ratten bleken de meetresultaten van de oplosbare sensors overeen te komen met die van conventionele meetapparatuur. 

De resultaten van het onderzoek werden onlangs gepubliceerd in het tijdschrift Nature.